Melkveehouder Albert Roekevis uit Lochem heeft naar eigen zeggen een familiebedrijf 2.0: hij runt het bedrijf voornamelijk alleen. Roekevis gaat voor rendabel boeren met uitdaging én tijd overhouden voor zijn gezin en zijn grote passie: racefietsen buiten de landsgrens.
Familiebedrijf 2.0
Samen met zijn partner Annerie en hun kinderen woont Albert Roekevis op de ouderlijke boerderij in Lochem. Hij nam op zijn 28e het bedrijf van zijn ouders over. “En overnemen was ook letterlijk overnemen, het bijbehorende krat met boekhouding kreeg ik er gratis bij” vertelt Albert glimlachend.
Zijn ouders zijn in Lochem gaan wonen, nu runt hij het bedrijf voornamelijk alleen. Hij heeft een melker voor één avond per week en tijdens vakanties. Zijn vader, inmiddels 81 jaar oud, komt iedere ochtend op zijn racefiets naar de boerderij toe om een handje te helpen. Annerie heeft haar eigen werk als manager bij de Jong & Laan Accountants. “Dat is een bewuste keuze waar we ons allebei heel prettig bij voelen. We hebben ieder ons eigen werk en laten elkaar daarin ook vrij” aldus Albert. “We veranderden van een traditioneel familiebedrijf naar een familiebedrijf 2.0.” Annerie vult daar op aan: “Dit vraagt van ons allebei veel flexibiliteit, waarin we rekening moeten houden met elkaars prioriteiten.”
Albert heeft zijn bedrijf zodanig ingericht dat het voor hem rendabel is, hij er uitdaging in heeft maar er ook tijd voor het gezin overblijft. En voor zijn andere twee passies; het buitenland en fietsen. Het liefst rijdt hij een uitdagende tocht met de racefiets buiten Nederland. Zijn vader gaf hem niet alleen de genen voor het boerenleven door, maar ook van het fietsen.
Geen 9-tot-5 mentaliteit
“Naast mijn opleiding aan de HAS heb ik eind jaren negentig veel in het buitenland bij boeren gewerkt. Ook heb ik een tijdje als internationaal vrachtwagenchauffeur en als planner bij een voertransportbedrijf gewerkt.” En daarmee heeft Albert waardevolle ervaringen opgedaan die hij heeft meegenomen in zijn bedrijfsvoering. “Ik melk met een carrousel en hanteer een simpel voersysteem. In september weet ik wat er in de kuil zit qua mais en gras; het krachtvoer moet daarop aanvullen. Ik krijg advies op maat, wat past bij mijn vragen en bij het bedrijf. Ik doe het op mijn manier en GIJS wil en kan hier in mee gaan.” En daarmee duidt hij aan wat voor hem zo belangrijk is in de samenwerking met GIJS. “Alles draait om een goede band maar ook om de aanwezige kennis. Fons Klein (voernutritionist) helpt mij met het voerrantsoen, met Erik Reefhuis spar ik over algemene zaken zoals fosfaatrechten en beleid en tot slot ondersteunt Len Schutte vakkundig met de mestboekhouding. De lijntjes zijn kort, daar hou ik van. En…ze kennen bij GIJS geen 9 tot 5 mentaliteit. Dat past me wel want dat hebben wij als boer toch ook niet?”
Daarnaast denkt Albert ook graag in het gezamenlijk belang mee. Hij bestelt grote hoeveelheden voer in één keer. “Grote silo? Blaas hem dan ook in één keer vol, daar heeft iedereen gemak van toch?” Voorlopig blijft hij dan ook met tevredenheid bij GIJS. “Ik ga pas weg als er wat aan de knikker is, maar dat zie ik niet snel gebeuren. Dan proberen we het eerst samen op te lossen.”