Het tienjarig jubileum is een mooie gelegenheid om terug te blikken op het ontstaan van GIJS. Erik Reefhuis, directeur van GIJS, kijkt samen met zijn oude maten terug op de periode waarin het allemaal begon.
In 2011 staat Erik Reefhuis samen met André Lobbert en Hendrik Jan Evers aan het roer van Gelre IJsselstreek – oftewel GIJS – dealer van mengvoerbedrijf Hendrix UTD en actief in Overijssel en Gelderland. Echt tevreden over de gang van zaken rondom het dealerschap is hij niet. Erik, die bij Hendrix UTD bekend staat als kritisch en een tikkeltje eigenwijs, begint dan ook te steigeren als de eerste plannen rondom de overname door ForFarmers worden aangekondigd. Erik: “Ik zag dat niet zitten, mijn motto is ‘de klant centraal’ en hiermee zou de afstand tot de boeren alleen maar groter worden. Dit baarde mij zorgen, de raderen in mijn hoofd begonnen te draaien en er begon zich een plan B te vormen…”
‘Het leek wel oorlog’
In februari 2012 deden Erik, André en Hendrik Jan de managers van Hendrix UTD en ForFarmers een laatste voorstel om tóch als zelfstandig dealer van Hendrix UTD-ForFarmers verder te kunnen gaan. Erik: “We lieten ons niet zomaar de les lezen, dus daar begon het gedonder. Een samenwerking zat er niet meer in, onze bedrijfsvisies lagen te ver uiteen. Dat betekende per direct een stop op het leveren van voer, Hendrix UTD-ForFarmers had de knuppel in het hoenderhok gegooid. Van de ene op de andere dag konden we onze klanten niet meer van voer voorzien vanuit de Hendrix UTD-fabrieken.”
‘Zomaar stoppen zit niet in ons DNA’
Gelukkig hadden de mannen van GIJS hun plan B – voer leveren zonder eigen fabriek – voorbereid en konden ze binnen enkele dagen het voer voor hun klanten uit de fabrieken van Agrifirm in Zwolle en Oss laten komen. Aan productiecapaciteit was geen gebrek. Vanaf maandag 27 februari 2012 was het een feit: GIJS stond ineens op eigen benen. De ‘cowboys uit het oosten’ waren losgekoppeld van Hendrix UTD en losgekoppeld van ForFarmers. Erik: “En daarmee barstte ook het gevecht om onze klanten los. Het leek wel oorlog.”
‘Ik kon en wilde niet anders’
“Ik kon en wilde niet anders” antwoordt Erik vol overtuiging op de vraag waarom ze er zo stellig voor kozen zelfstandig verder te gaan en niet op safe te spelen. “We hadden net alles weer op de rit na het overlijden van onze collega Victor Berntsen die op jonge leeftijd de strijd tegen kanker verloor. Dat hakte er in voor ons, maar vooral voor zijn gezin. We huurden de gebouwen van zijn vrouw en wilden haar niet in de kou laten staan. Zomaar stoppen zit niet in ons DNA. Daar kwam bij dat wij veel meer deden dan alleen voer verkopen, we waren én zijn ook actief in fosfaat- en productierechten, granen, zaden, meststoffen en andere benodigdheden. Dat opheffen was voor ons geen optie. Ook zagen we volop kansen, volgens ons GIJS-concept zouden de klanten veel meer centraal moeten staan en niet vast moeten zitten aan bestaande concepten van een grote voerleverancier. Dat voordeel konden we gewoonweg niet laten gaan.”
Heftige periode
Vervolgens brak voor hen allemaal een erg spannende tijd aan: “We moesten de broekriem aanhalen. Het was zeer de vraag of boeren ook voor ons zouden kiezen en welke collega’s konden en wilden blijven. En of we genoeg omzet zouden draaien om dit door te kunnen blijven zetten.” Ondertussen begon Hendrix UTD-ForFarmers een juridisch gevecht om klanten en medewerkers. Er kwamen zelfs deurwaarders met dwangbevelen en privédetectives aan te pas.
Erik: “Het was een heftige periode met de nodige risico’s en onzekerheden. Een deel van de klanten stapte over naar Hendrix UTD-ForFarmers en sommige collega’s waar we jaren mee hadden samengewerkt waren ineens concurrenten. Wie kon ik nog vertrouwen? Daar heb ik slapeloze nachten van gehad.”
Gezonde boerenbedrijven
“Met de juiste mensen om ons heen – echte vakidioten met zelfvertrouwen en lef – hebben we ons niet uit het veld laten slaan, ook al was het een flinke uitdaging. We werden niet voor niets de ‘cowboys uit het oosten’ genoemd.” Erik gaat opgetogen verder: “Op de één of andere manier heb ik het altijd zien zitten. Is de keuze eenmaal gemaakt, dan is die gemaakt, achteromkijken biedt geen oplossing. Zo zit ik in elkaar. Gelukkig stond mijn vrouw Jennike achter me, evenals een groot gedeelte van onze trouwe klanten. Daar ben ik ze erg dankbaar voor. Al viel het in het begin eerlijk gezegd zwaar, uiteindelijk heeft het ons veel gebracht.”
Na de eerste jaren van ’overleven’ bleef GIJS op eigen benen staan en dat gaf vertrouwen bij de nieuwe klanten. Erik: “Ik zag het succes van het GIJS-concept waarin ik geloof en vertrouwen heb: met passie voor ons vak flexibel voer leveren van constante kwaliteit, scherp in de markt staan en steeds vernieuwend blijven. We hadden geluk dat we goede mensen om ons heen hadden verzameld. Ieder met zijn eigen taak en verantwoordelijkheid binnen GIJS. Ik stelde me als doel om te groeien om goede, stabiele teams te bouwen met voldoende dynamiek, kennis en ervaring. Zowel in rundvee- als in de geitensector. Als ik nu achterom kijk, kan ik met trots zeggen dat het is gelukt. In de melkveehouderij in Oost-Nederland is ons marktaandeel ruim 14 procent. De bedrijfsomvang van onze klanten is 3 procent hoger dan gemiddeld, zo bleek uit onderzoek in 2020. Op geitengebied zijn we de nummer 3 van Nederland en nummer 2 van Duitsland. De opening van het geiteninnovatiecentrum GIJS Mekkerhof in 2018 en het Melkvee Innovatie Centrum Klaver 4 in 2021 hebben daar zeker aan bijgedragen.” Erik is overtuigd van de GIJS-visie ‘gezonde boerenbedrijven’: “Met onze manier van werken staan we naast de veehouders en kunnen we samen met hem of haar de juiste keuzes maken om het bedrijf naar een hoger plan tillen, zodat ze klaar zijn voor de toekomst. We kijken naar de behoefte van de dieren: hoe moet het voer er dan precies uitzien? En waar kan dat voer dan het beste gemaakt worden? En met welke toevoegingen? We hebben alle vrijheid en kunnen snel schakelen. Bij ons geldt: ‘vandaag bedacht is morgen gebracht’.”
‘Met de juiste mensen om ons heen, hebben we ons niet uit het veld laten slaan’
De toekomst
Nu hij de zaken goed op de rit heeft, is de vraag wat zijn plannen voor de toekomst zijn. Erik: “Eerlijk gezegd ben ik me daarop aan het beraden. Stoppen? Nog geen denken aan! Ik vind dit té leuk om te doen, de boer op gaan, mijn team aansturen, het ontwikkelen en de dagelijkse dynamiek. Daar word ik gelukkig van. Ik zie nog een mooie uitdaging om meer regionale GIJS-rundveeteams op te zetten in Nederland. Mengvoerbedrijven worden steeds groter en boeren worden steeds unieker, ze willen niet meer met de grote stroom mee. De GIJS-aanpak, onze manier van denken en doen, geeft steeds meer meerwaarde voor de boer.”