De afgelopen maanden heeft WUR stagiaire Judith Zuijdwegt onderzoek gedaan naar het vreetgedrag van de melkgeiten op GIJS Mekkerhof. In totaal zijn 52 geiten ieder drie ochtenden en drie middagen geobserveerd. Daarmee heeft Judith maarliefst 108 uur met haar laptop op de stroverdeler gezeten om het dagpatroon van de geiten in beeld te brengen. De meeste geiten spendeerden, zoals verwacht, ’s ochtends meer tijd aan vreten (+88 minuten) dan ’s middags. Daarentegen werd in de middag juist meer tijd besteed aan herkauwen (+104 minuten). De variatie tussen geiten was echter enorm. De ene geit spendeerde bijna 25% van haar tijd aan vreten, terwijl de ander slechts zo’n 5% van haar dag hieraan besteedde. We hadden op z’n minst dan een verschil verwacht in melkproductie tussen deze geiten, maar dat was in dit onderzoek niet het geval.
Op dagen met (matige) hittestress (THI > 70) vraten de geiten ongeveer één uur per dag minder. Dit resulteerde over het algemeen pas één tot drie dagen later in een daling in de melkgift. Afhankelijk van hoe lang de hogere THI aanhield was een snel of langzamer herstel zichtbaar. Tot slot heeft Judith ook nog gekeken naar voorkeursplekken van liggen en vreten van de geiten. In haar onderzoek ging 13% van de geiten steeds op dezelfde plek liggen en 21% van de geiten ging steeds op ongeveer dezelfde plek vreten. In het vervolgonderzoek gaan we vreetgedrag verder proberen te linken aan voer en stikstof efficiëntie van de geit.
“Wist je dat … de meeste geiten ‘s ochtends het meeste vreten”